Nee, het is geen gelopen race.
Waar ik u gisteren confronteerde met een sombere kijk op de ontwikkelingen, opgehangen aan mijn eigen waarnemingen en de predictie van Emmanuel Todd over de ondergang van ‘Het Westen’ door eigen toedoen, wil ik graag onderstrepen dat depressies en rampen die door mensen zelf worden veroorzaakt, ook door mensen zelf kunnen worden afgewend. Als een cycloon, elders een hurricane genoemd, over uw huis raast, is dat natuurgeweld dat u niet kon ontwijken. Of u zelf wellicht nog wel, maar uw huis niet.
Jaar in, jaar uit, zien we op het ‘nieuws’ de ‘porno’ vol destructie als het ‘Hurricane Season’ weer is aangebroken. Of als de droogte in Spanje, Griekenland, Australië, of delen van de Verenigde Staten voor alles verwoestende bosbranden zorgt. Of als ijzige koude en ‘Blizzards’ in het noorden van de Verenigde Staten het leven lamleggen. Elk jaar weer. En elk jaar weer die mensen die vol medeleven reageren. Terwijl ik zoiets heb van: ‘Ja, als je daar gaat wonen…….’.
Recent publiceerde ik een bijdrage die ging over ‘overlast’ van Schiphol. Dat is geen natuurgeweld dat u niet kunt ontwijken, maar wel de consequentie van uw eigen keuze als u ‘onder de rook’ van Schiphol gaat wonen, of daar uw werkkring zoekt. Kom dan niet janken. Iets vergelijkbaars met de kostprijs van woonruimte, als u uw zinnen hebt gezet op wonen waar ‘iedereen’ wil wonen. Dat is duur, ja.
Slechts waar iemand gevangen zit in een spiraal waaruit hij of zij niet kán ontsnappen, wil graag meedenken over een oplossing. En er ook de ‘portemonnee’ voor trekken als het iemand in mijn directe ‘kring’ betreft, of anders via het ‘collectief’ van de belastingpot. Vooropgesteld dat zo’n subsidie dan wel eindig is. Daarom zit ik ook vreselijk in mijn maag met ‘hulp’ na natuurrampen die elk jaar precies in dezelfde periode terugkeren, zonder dat er ooit iets verbetert. Als je in de Verenigde Staten in ‘Tornado Alley’ gaat wonen, en je bouwt je huis van wat wij ‘floorpanels’ noemen, wat verwacht je dan? Ik zag weer beelden uit het Caraïbische gebied, uit Jamaica, waar ze met samengeknepen billen zaten te wachten op ‘Beryl’. Die golfplaten hutjes met wapperende doeken zijn in geen enkel jaargetijde comfortabel vanuit mijn perspectief, maar windkracht 12 wordt huilen als de zaak niet stevig vastgespijkerd is.
Er zijn gebieden in Europa, aan de Atlantische kust, waar het jaarlijks ‘waait dat het rookt’, en dan vallen er wel bomen om, en hier en daar waait een ‘fancy’ dak van een nieuwbouwhuis, maar de eeuwenoude huizen en kerken hebben wel erger gezien. Muren van een halve meter dik, en daken met ‘leien’ inplaats van dakpannen of asfaltpapier, of muren van licht, maar verhoudingsgewijs sterk ‘gasbeton’, en een dak met ‘leien’ staan daar niet omdat ze ‘oogstrelend’ zijn, ‘onder architectuur gebouwd’ door ‘stadsmensen’, maar omdat ze niet wegwaaien. In Canada en Noord Amerika bouwen ze (ook) huizen die tegen de kou en de sneeuwstormen bestand zijn. Ik heb er in mijn huurauto moederziel alleen in Canada tussen ‘piketpaaltjes’ door gereden waar de weg moest zijn, die echter in een ‘Blizzard’ volledig aan het zicht onttrokken was, met links en rechts alleen maar ‘wit’. En niet stoppen, want dan kom je niet meer van de plek. Jaren later rijd ik met mijn vrouw in het najaar van Rome richting de Adriatische kust, en we strijken neer in een voortreffelijke ‘Bed & Breakfast’ net buiten Urbino, en ik zie onderweg langs de bochtige wegen door bergachtig gebied overal van die ‘piketpaaltjes’ staan. Tegen onze gastheer maak ik daar een opmerking over, want is dat niet wat vroeg in het jaar, half oktober? Waarop hij zegt dat er een jaar eerder al een halve meter sneeuw lag, en dat wij de laatste gasten waren voor het seizoen. Waaaat?!
Als reiziger kun je worden overvallen als je je niet hebt verdiept in dat soort toch niet geheel onbelangrijke zaken. Plotseling opstekende valwinden in kustgebieden hebben al menig zeiler ernstig in verlegenheid gebracht. En via ons televisiescherm reizen we tegenwoordig virtueel de hele wereld over, en is elke expressie van ‘klimaatporno’ voldoende om ons schrik aan te jagen. Maar lokaal kijken ze er anders tegenaan. Het kan zijn dat het een jaartje wat vroeger, of later komt, maar komen doet het. En het ene jaar wat meer dan het andere. Mensen die ergens geboren en getogen zijn, net als de generaties voor hen, en al heel wat keren de rotzooi hebben moeten opruimen, en delen van hun huis hebben moeten herbouwen, gaan calculerend te werk. Boven de grond een huis van ‘floorboard’ dat ze in een floep en een flap weer hebben gebouwd als het wegwaait, en daaronder een betonnen kelder waar ze kunnen schuilen, met hun waardevolle bezittingen. Een rustiek huisje aan het water waar ze vissen en de zomer doorbrengen, maar ze wonen er niet permanent, want als het kolkende water van de bergen omlaag komt denderen, moet je daar niet zijn!
Zelfs zekere op het eerste gezicht extreem kwetsbare bouwvallen in het Caraïbische gebied staan er nog nadat de ‘Hurricane’ is gepasseerd, terwijl andere huizen volledig zijn weggevaagd door de wind of het water. Vooral in het door westerse sancties gewurgde Cuba zijn ze daar kennelijk behoorlijk goed in. Waar Nederland enkele jaren geleden een slechte beurt maakte door te talmen met hulp nadat Sint Maarten getroffen was door een 'Hurricane', met veel aantoonbare schade, omdat de regering eerst maatregelen wilde om de gierende corruptie op het eiland in te dammen, begrijp ik dat in zoverre waar bij ons ‘hulpverlening’ een industrie is geworden. Een ‘melkkoe’ die maar blíjft geven. Van ‘Noord-Oost Groningen’ tot ‘Sint Maarten’. Dat patroon doorbreken is niet zo eenvoudig in een wereld die beheerst wordt door de media, die grossieren in ‘rampen-porno’ om de collectebussen en de girorekeningen te vullen. En ik heb hier met opzet gekozen voor de invalshoek van ‘rampen’ en ‘overlast’, maar zelfde verhaal bij oorlogen, waar die wel degelijk zonder al te veel moeite voorkomen hadden kunnen worden.
In alle gevallen waarin we als individu of collectief stappen zetten om mensen of landen in een noodsituatie te helpen, moeten we inventariseren hoe we dat ‘duurzaam’ kunnen doen. Welke hulp lenigt de nood, terwijl de kans op herhaling wordt geminimaliseerd, en hoe omzeilen we de ‘uitvreters’ die leven bij de gratie van het scheppen van de voorwaarden die herhaling praktisch garanderen. Om dat goed in te kunnen schatten moet je de lokale situatie goed kennen, weten welke eeuwenoude oplossingen al vele generaties tot volle tevredenheid werken, binnen de kaders die lokaal staan voor ‘succes’, om daar op in te spelen.
Neem Jamaica, waar de ‘rastafari’ leven in hutjes en huisjes die in onze optiek staan voor ‘pure armoede’. Je kunt bedenken dat als ze zouden stoppen met ‘blowen’ en muziek/plezier maken, en de criminaliteit in zouden dammen, waardoor het prachtige tropische eiland aantrekkelijker werd voor uiteenlopende ‘businesses’, bij gelijktijdig indammen van de gierende corruptie, zodat het geld ook op het eiland zou blijven, je het hele eiland vol kon bouwen met woningen die wél bestand zijn tegen ‘Hurricanes’. Maar veel succes als je langs die weg de complete cultuur op de schop neemt om te voorkomen dat je zelf leegloopt op zinloze hulp. Dat is vergeefse moeite. En op voorhand onbetaalbaar.
De Chinezen benaderen het in mijn optiek wél zoals je het zou moeten benaderen. Ze kijken naar wat mogelijk is, en wat niet. En ze bouwen voor de langere termijn, waarbij ze zich er niet voor schamen dat hun ‘hulp’ bij voorkeur wederzijds voordeel op moet leveren door een groei van de welvaart in het land dat ze helpen, wat weer vraag genereert voor spullen die zij leveren. Dat is, als u wilt, meer de ‘VOC’-mentaliteit, waarbij men de lokale cultuur ongemoeid laat, en het zoekt in ‘Win-Win’-oplossingen. Zij de ‘kralen’, wij de ‘specerijen’. De Chinezen zien niks in een ‘Moeder Theresa’ benadering die steunt op ‘NGO’s’ en ‘Rampen Porno’ om donaties los te peuteren, waarbij de ‘NGO’s’ er baat bij hebben om niks op te lossen, anders zijn ze niet meer nodig. Dat ‘westerse’ overheden hun door de overheid gegeven hulp ook via die ‘NGO’s’ laat lopen, en hun oorlogen uitbesteden aan de ‘NAVO’, is vrágen om problemen. De ‘NAVO’ is nu druk met het opzetten van een ‘Coördinatie Centrum’ met een eigen ‘leiding’ voor ‘Project Oekraïne’ om ervoor te zorgen dat een Trump, of een Kennedy, of een Le Pen, er niks meer aan kunnen veranderen. En ook in Nederland hebben Rutte en Ollongren ons land vastgespijkerd op ‘langjarige hulp’, al staat nu reeds vast dat het slechts betekent dat Oekraïne, en de mensen die er wonen, of woonden, er hoegenaamd niks mee opschieten.
Als we de knop omzetten, en terugkeren naar een ‘VOC'-mentaliteit, valt alles weer op zijn plaats, en zijn we verlost van dat wat nu als een zwaard van Damocles boven onze hoofden hangt. Het probleem is dat, zeker in Nederland, dat ‘VOC’-verleden door de ‘NGO’s’ in de schijnwerpers is gezet als iets waar we ons diep voor moeten schamen. Ik hoop dat u begrijpt wat ik probeer voor het voetlicht te krijgen, en dat ik allerminst de loftrompet steek over wrede praktijken die vele eeuwen geleden dagelijkse kost waren, of dat ik meen dat we het ‘slavernijverleden’ juist moeten ophemelen. Maar als u afstand wilt nemen van wrede ‘VOC’-praktijken, terwijl u het onder de bus gooien van Oekraïne en haar inwoners ten bate van corrupte politici, ‘investeerders’, wapenboeren, ‘NGO’s’ en cynische machtswellustelingen verdedigt als een daad van pure barmhartigheid waar ‘Moeder Theresa’ nog een puntje aan kan zuigen, dan bent u reddeloos verloren. Een ‘Brick in the Wall’.